Ruiperiode

De ruiperiode bij je hond

In het voorjaar laten honden hun haren los. Ze verliezen hun dikke wintervacht om zich aan te passen aan de warmere temperaturen. Deze periode duurt 3 tot 4 weken en wordt in gang gezet door de temperatuursverandering buiten.

Veel baasjes komt dit ongetwijfeld bekend voor: normaal was dagelijks kort stofzuigen voldoende, nu sta je ineens tot je handen in het haar. Overal waar je kijkt liggen plukjes losse haren. Op de vloer, achter de TV, op de kast en zelfs in je kopje koffie.

De vachtveranderingen vinden plaats onder invloed van de volgende factoren:

• Temperatuur: In de koudere seizoenen heeft je hond een dikkere jas nodig om zichzelf buiten warm te houden. De temperatuurovergangen in het voor- en najaar geven dan ook aan dat de vachtsamenstelling veranderd moet worden. Wanneer we een hond veel binnenshuis houden, krijgt hij van de temperatuurovergangen buiten niet veel mee.
• Licht: In de winter heeft een dier dat buiten leeft minder uren zonlicht tot zijn beschikking dan in de warmere helft van het jaar. Deze overgang in lichturen kondigt dus een verandering in temperatuur aan, waar de vacht zich op moet aanpassen. Bij dieren die zich veel binnenshuis bevinden, kan een teveel aan (kunstmatige) lichturen de rui verstoren.

Veel huisdieren verharen het hele jaar door, omdat ze veel binnen zijn waar de temperatuur veel gelijkmatiger is dan buiten. Meestal zien we nog steeds dat het verharen in het voorjaar en het najaar wat erger is dan tijdens de rest van het jaar.

Wat kun je doen om je hond of kat de rui door te helpen?

• Geef kwalitatief goede voeding rijk aan omega-3 vetzuren. Dit ondersteunt een gezonde vacht en huid en zal de natuurlijke rui beter laten verlopen. Er zijn ook voedingssupplementen hiervoor verkrijgbaar.
• Borstel je dier tijdens de rui iedere dag. Loszittende haren worden zo gecontroleerd verwijderd en het ruiproces wordt gestimuleerd.
• Wrijf na elke borstelbeurt over de vacht met een vochtige doek. Op die manier verwijder je nog eens extra loszittende haren die in de vacht zijn achtergebleven.
• Een bezoek aan de trimster doet vaak wonderen in deze periode!

Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen het normale verharen en haaruitval door ziekte. Normaal verharen zal over het algemeen niet leiden tot kaalheid, bij een onderliggende medische oorzaak kan dit wel het geval zijn. Een te traag werkende schildklier bijvoorbeeld, kan kale plekken en vachtverandering veroorzaken. Verloopt de rui bij je hond anders dan normaal of ontstaan er kale plekken? Dan is het verstandig om een afspraak te maken bij je dierenarts.

Veel zwerfhonden zijn al gecastreerd/gesteriliseerd als ze naar Nederland komen, dit kan ook effect hebben op de vacht. Met name honden met een halflange tot lange dubbele vacht kunnen na castratie een pluizige vacht krijgen. Dit geldt niet voor alle langharige honden, maar is een risico.

Deze informatie is aangeleverd door dierenarts Monique Willems van dierenkliniek Hoogveld Echt/Roermond/Herten/Susteren.